Toen ik voor de eerste keer werd opgenomen in de kliniek, kreeg ik een eetschema voorgeschoteld dat ik elke dag moest volgen. Het 'menu' bestond uit 6 eetmomenten die je samen met groepsgenoten deelde. Ieder voor zich moest dan eten en drinken wat er voor hem/haar op dat papier stond. Daarnaast hadden de verpleegkundigen van elke cliënt een kopie in een aparte map zitten en controleerden ze elk moment nauwkeurig of we ons eraan hielden. Wanneer er zo veel druk op je voeding staat en je zo nauwlettend in de gaten wordt gehouden, kan er niks mis gaan toch? Dan zul je vast wel de neiging voelen om alles te eten en te gehoorzamen aan de regels?
Nou, in werkelijkheid (in mijn geval) riep het juist een tegenstrijdige reactie op.
Doordeweeks verbleef ik in de kliniek en voelde ik inderdaad die druk om me aan dat eetschema te houden. Enkele consequenties konden zijn dat ik een beweegbeperking kreeg, hetgeen ik niet gegeten had op een ander moment alsnog moest 'inhalen' of dat ik een week later op de weegschaal niet of niet voldoende zou zijn aangekomen en het eetplan verder moest uitbreiden. Echter, ik had zelf geen werkelijke motivatie om mijn eetstoornis aan de kant te zetten. Het bood voor mijn gevoel nog té veel voordelen om ervan te willen herstellen. Wat er vervolgens gebeurde wanneer ik in het weekend thuis verbleef, was dat ik via kleine trucjes probeerde om onder het toeziend oog van mijn ouders toch stiekem dat eetschema een beetje te dwarsbomen.
* Toch wat minder beleg smeren dan dat ik eigenlijk vanuit de kliniek zou moeten doen.
* Toch die 5 minuten extra aan mijn wandeling toevoegen.
* Net dat laatste restje saus niet op mijn eten doen of van elk hapje een klein stukje ergens op mijn bord laten liggen.
* Een tussendoortje kiezen met net wat minder kcal dan dat ik eigenlijk moest eten volgens het menu.
* Een kleinere hoeveelheid opscheppen bij het avondeten of stiekem de verhoudingen een beetje aanpassen, zodat ik meer groente had en minder vlees/vis en koolhydraten.
Voor sommigen die bovenstaande handelingen lezen, kan het misschien heel triggerend overkomen, omdat het lijkt of ik nu allerlei trucjes weggeef. Enerzijds zit ik hiermee ook een beetje in een lastig parket of ik bepaalde dingen nu wel of niet deel, maar door bovenstaande acties die ik ook bij anderen heel erg herkende, kun je je wel bewuster worden van het gedrag van de eetstoornis. Bewustwording van je daden maakt dat je er sneller bij kunt zijn en het dus ook een HALT toe kan roepen.
Wanneer je geen eetstoornis hebt, zul je misschien denken :'Huh, die kleine dingen maken toch helemaal geen verschil?'. Maar, mentaal zijn het beslissingen die een heel grote verandering teweeg kunnen brengen en misschien gaat het in werkelijkheid met je lichaam op dat moment niets doen, op de lange termijn worden het steeds meer 'kleine' gedragingen, raak je erin verstik en kan het uiteindelijk wél een verschil maken. De grootste verandering zit hem erin in hoe je er mentaal naar kijkt. Als het dwangmatige handelingen zijn of acties die je doet om een bepaalde angst uit de weg te gaan, dan zal de drempel enorm zijn om het te laten. Pas na de ervaring dat je angsten geen werkelijkheid zijn en dat de wereld niet vergaat als je deze handelingen niet uitvoert, zal het ook behapbaarder voelen voor jezelf om wat losser met deze zaken om te gaan. Waar kleine handelingen voor de buitenwereld (nagenoeg) niets kunnen betekenen, kan het heel veel doen met iemand die er mentaal een hoge waarde aan hecht.

Het volgen van een voorgedrukt eetplan in de kliniek, was enerzijds een prettige houvast. Ik hoefde zo niet over mijn voeding na te denken en wat ik moest eten was (grotendeels) voorspelbaar. Ook had ik allemaal lotgenoten om me heen die in hetzelfde schuitje zaten en die rondom het hebben van een eetlijst angsten en gedachtes hadden die we soms deelden. Dan konden we bij elkaar terecht. Alleen, al die angsten, regeltjes en beweringen van mijn groepsgenoten deden me geloven in de werkelijkheid dat voeding slecht was, me dik maakte en mijn verleden terug bracht. Ik zou door aan te komen in gewicht en naar mijn lichaam te leren luisteren weer gepest worden, buitengesloten van het fijne leven. Ik zou nooit meer fatsoenlijk kunnen functioneren zonder dat mensen me in openbare eetgelegenheden zouden bespotten om mijn lichaam. Door juist met anderen mijn angsten te delen, kwam ik ook achter informatie die mij nieuwe gedachtes gaf over voeding. Vaak in een negatieve zin, die de afkeer ervan nóg groter maakte.
Het volgen van mijn individuele eetschema ging me heel erg tegenstaan, het aankomen en de veranderingen in mijn lichaam en gewicht maakten dat ik me vies en naar voelde en zo snel mogelijk de kliniek uit wilde. Als gevolg deed ik tóch wat er voorgeprint stond, at ik braaf alles wat op mijn bord werd geschept en verdrong ik alle gedachtes die ik had. Natuurlijk had dat ook als gevolg dat ik mezelf regelmatig frustreerde over mijn lichaam, mezelf verachte en in slaap huilde. Maar, hoe meer openbare weerstand ik zou bieden, hoe langer ik in de kliniek zou moeten blijven en dat was júíst waar ik weg wilde.
Mijn opnames waren niet vrijwillig, omdat ik toen nog minderjarig was. Het gaf me de gedachte de schuld in de schoenen van mijn ouders en de hulpverlening te kunnen schuiven, wanneer mijn angsten werkelijkheid zouden worden.
'Zie je nu wel dat ik maar beter niet kan eten en af moet vallen, want als ik het wél doe, ben ik niet meer 'oke' en vinden anderen me te dik.'
Het volgen van een eetschema werd dus ook een manier om mezelf en de eetstoornis in te dekken. Als het niet werkte, dan was ik onschuldig en had ik bewijs dat het goed was om de Anorexia de boventoon te laten voeren. Dan kon ik weer terug duiken in de veiligheid van niet eten, compenseren en overmatig bewegen.
Wat ik heel vaak merk, is dat lotgenoten me vragen naar een specifiek eetschema. Een plan dat ze, net als dat ik kreeg in de kliniek, op de details na, kunnen volgen, zonder er zelf verder over na te denken. Wat ik ze dan geef, zijn ideetjes, voorbeelden van maaltijden, snacks, opties die je kunt kiezen om zelf structuur en invulling aan je eetpatroon te geven. Het frustreert dan vaak dat ik niet preciezer wil zijn hierin, wat juist ook mijn bedoeling is.
Doordat ik zelf heb ervaren dat het heel verleidelijk is om vanuit de eetstoornis anderen de schuld te geven, geef ik dus geen kant-en-klare eetschema's aan anderen. Ze kunnen mij als verantwoordelijke stellen dat een vaststaand menu niet werkt. De reden waarom het niet kan werken, want bij sommigen helpt het wel, is dat je er niet achter staat wat je moet eten. Zijn het producten die je zelf nagenoeg niet gebruikt, heb je geen smaak van wat je moet eten en voelt alles geforceerd? Dan is er geen motivatie om het ook daadwerkelijk op eigen initiatief vol te houden.
Vandaag de dag ben ik zelf in staat om te kiezen wat ik eet en luister ik naar mijn smaak- en lichaamsbehoefte. De eisen van iemand anders om je te laten eten waar je zelf geen goed gevoel bij hebt, roept enkel weerstand op. Door eigen verantwoording voor je voeding af te leggen, heb je geen uitvlucht en moet je het écht zelf doen. Je zult een keer door die nare gevoelens heen moeten en herstel kun je pas echt een kans geven als je die drempel overgaat en gaat ervaren dat er niks ergs gebeurt.

Dus, door niet exact een patroon voor je op te stellen, maar enkel ideeën te geven, ben ik tegen je eetstoornis in aan het gaan en help ik je júíst in je herstelproces. Ook al voelt het op dat moment niet zo...
Ik oefen druk uit om jou zelf de touwtjes in handen te laten nemen en ervoor te zorgen dat je zelf gaat leren voelen wat het allemaal doet. De ervaring zal je leren dat je niet dood gaat en dat je angsten bij lange na geen werkelijkheid zullen zijn. De aandacht en vastigheid die de eetstoornis graag wilt, geef ik hem/haar niet. Natuurlijk zijn er ook genoeg anderen die wel heel veel baat hebben bij het volgen van een vast eetpatroon, maar dat is vaak als je nog heel pril bent in je herstel. De manier waarop ik je wil helpen, is vanuit eigen ervaring en met al een rugzakje en weg in de hulpverlening.
Frustratie, angst, dwang, verdriet en boosheid komen soms even allemaal bij elkaar wanneer je keuzes maakt tegen je gedachtes in, maar je overleeft het altijd.
Feeling all your feelings is hard, but that's what they're for. Feelings are for feeling. All of them. Even the hard ones.
Reactie plaatsen
Reacties